Nieuws

Column DAT TREFT - Geel

Door Jeroen Pietersma
Een grijze man met witte pet laat zich langzaam vallen op de busstoel. ?Ik kom je pesten.? De randen van de pet zijn vergeeld, zie ik. Vies. Maar voor deze ene keer mag de senior blijven zitten.

Binnen een minuut of drie weet de bus dat hij binnenkort negentig wordt, al zestig jaar in Utrecht woont, van origine Pools is, tijdens de oorlog met een dronken kop in ons land belandde, er de liefde vond en twee succesvolle zoons kreeg. Een ontwerper en een wiskundeleraar. Ja, dat had hij maar mooi gedaan. Minder fraai is dat zijn mobiele pincode niet werkt en daarom reist hij nu af naar de PTT. Dat die zaak verleden tijd is, deert hem niet. Naar de PTT zal-ie, en rap. Als de iele man uitstapt drukt hij een verfomfaaid treinkaartje tegen de OV-paal. Geen blijk van herkenning en dat is wederzijds. ‘Laat maar’, matst de chauffeur. ‘Lief’, vindt de senior. Samen waggelen we door de stationshal. ‘Ik schommel een beetje, hè? Dat mag, als je bijna negentig bent.’ De 89-jarige wijst naar een vrouw met spekzolen. ‘Kijk, hakken. Vind ik mooi.’ Zijn smalle lippen krullen omhoog. ‘Mijn vrouw droeg ze ook altijd.’ Tien jaar geleden verongelukte ze, zijn geliefde. Ze was op de fiets.
Op het kruispunt aan het einde van de hal moet de man naar links en ik naar rechts.
Dag meneer Pet. Ik hoop dat u snel weer kunt bellen met uw zoons. Dat u op weg naar de PTT een prachtige dame op hakken ontmoet. En dat de gele randen van uw hoofddeksel oranje kleuren. Want vroeger is niet vies.
Tamara

|Doorsturen

Buienradar



Agenda