Nieuws

Afvaloven en zoutfabriek tegenover elkaar in rechtbank

Door Jeroen Pietersma
HARLINGEN - Frisia Zout en Omrin staan tegenover elkaar in de rechtbank. Ze hebben een verschil van mening over de hoeveelheid te leveren stoom. Meer wil Omrin er, zolang de zaak onder de rechter is, niet over zeggen.

Volgens stichting Afvaloven Nee krijgt de zoutfabriek niet de toegezegde energie. Daarom zou Omrin meer afval willen verbranden. Via via kwam onlangs naar buiten dat Omrin 52.000 ton extra afval wil verbranden in de Harlinger afvaloven. De vergunningaanvraag is al in behandeling bij de provincie Fryslân.

Volgens de Statenfractie van Friese Koers moet de provincie de aanvraag afwijzen. De fractie baseert dat op het ‘Convenant Capaciteitsregulering Afvalverbranding’ dat in 2009 in de Staatscourant werd gepubliceerd. Hierin is vastgelegd dat er tot 1 januari 2020 geen uitbreiding van de verbrandingscapaciteit komt.
“Het is onmogelijk en in strijd met de wet dat de gedeputeerde Poepjes een nieuwe milieuvergunning verleent, op basis van een getekende convenant”, aldus fractievoorzitter Jelle Hiemstra. De Statenfractie Friese Koers heeft schriftelijke vragen gesteld aan gedeputeerde Poepjes.

Volgens Omrin gaat het om “meer doorzet binnen de huidige capaciteit” en is er geen sprake van uitbreiding van de capaciteit. “Sita heeft ook zo'n uitbreiding”, zegt woordvoerder Monique de Jong. “Meer doorzet om meer energie op te wekken.”

|Doorsturen

Buienradar



Agenda