Nieuws

Column DAT TREFT - Dichter

Door Jeroen Pietersma
Op dit moment zit ik in de bibliotheek van Utrecht, op verdieping 2. Onder mijn raam speelt een man gitaar. If I just lay here, van Snow Patrol. De rossige knaap zingt het nummer staand - inlevingsvermogen kent grenzen - maar het klinkt best mooi. Best mooi en best hard.

 Ik kwam hier voor de stilte. Als het nummer is afgelopen klapt er niemand. Dat schuurt een beetje. Rihanna kreeg deze week na haar playbackshow vier sterren van De Volkskrant. Iets hoger, op verdieping 3, draagt een dichter voor uit eigen werk. Dat weet ik, omdat de biebmevrouw drie keer door de zaak heeft geschreeuwd dat de dichter dat zou gaan doen. Imme Driest heet-ie. Of Minne Riets. Iets in die trant. Maakt ook niet uit. Imme Driest krijst drie keer ‘test’ en de muzikant zingt ondertussen een liedje over God en hoe het zou zijn als hij een van ons was. Tja, hoe zou dat zijn. Ik staar naar het plafond en hoor hoe Imme Driest zijn zegje doet. Verdomd, misschien is hij het wel. Imme Driest, God. Man, dat zou wat zijn. Treed je op, God zijnde, word je compleet overstemd door een man van de straat die zingt over hoe het zou zijn als jij een van hen was. Als je een naam had, en een gezicht. Houd je kop dan maar eens in de plooi tijdens je voordracht. Niet laten merken dat jij het bent, níét laten merken dat jij het bent. Die Imme. Nota bene een man met een naam - Imme Driest of Minne Riets - en een gezicht. Geen idee welk - hij stond op 3 en ik zat op 2.
Eenmaal thuis google ik zijn naam. Imme Driest. Hij bestaat niet. Dus tóch. En dat in de bieb.
Tamara

 

|Doorsturen

Buienradar



Agenda