Het stukje van de dag: Zomaar een gesprek op de afdeling

door Marten Blom

Koffietijd. Dhr. De Vreugt schuift aan bij zijn bezoek: zijn dochter. Tina van de organisatie vraagt of hij net uit kamer drie komt. Jan hoort het niet. Ik zeg dat ik het niet weet. Tina zegt dat een man van de technische dienst op kamer drie moest zijn, maar die kamer stond op ‘niet storen’.
‘Oh, die komt hier voor Henk,’ zeg ik.
‘Wie is Henk?’ vraagt Tina. Tot dan toe weet ik nog niet dat Tina Tina heet.
‘Dat is meneer Jansen,’ zegt Sumedi hulpvaardig.
‘Zit die in kamer drie?’ vraagt Tina.
‘Weet ik niet,’ zeg ik.
‘Henk zit op kamer 1,’ zegt Henny, maar het kan ook Hanny zijn.
‘Wie is Henk dan?’ vraagt Tina.
‘Kon jij geen Eurosport krijgen op je TV?’ vraagt Henny aan mij.
‘Geen idee,’ zeg ik. ‘Ik kijk nooit TV. Ja, gisteren even naar de Hobbit gekeken.’
‘De Hobbit, ja leuk,’ lacht Hanny. Toch Hanny volgens mij, ja.
‘Maar die monteur, Harm, kwam die nou voor meneer Jansen of meneer Vreugt?’ vraagt Tina. ‘En wie is Henk?’
‘De Vreugt,’ zegt de dochter van Jan de Vreugt.
‘Ja, nou ja. Weet je,’ zegt Tina. ‘Meneer Vreugt en jij, jij bent Henk?’
‘Henk Jansen, kamer drie,’ zegt Henk behulpzaam.
‘Ja. In elk geval,’ zegt Tina,‘Die zijn nieuw. Dus die weet ik nog niet.’
‘Zie je,’ legt Henny/Hanny aan mij uit. ’Haar werk is het om iedereen te kennen, om het contact met de werkvloer te houden, jullie hebben toch wel al kennis gemaakt?’
‘Ja. Zeker,’ gok ik. Tina, waarvan ik nog niet weet dat ze Tina heet, knikt instemmend mee. Henny of Hanny heeft duidelijk haar bedenkingen.
‘In elk geval is dit Tina,’ zegt ze tegen mij.
‘Maarre… het gaat om die TV daar,’ wijst Henk.
‘Welk kamernummer is dat?’ Tina heeft haar pen in de aanslag en draait ondertussen een nummer. ‘Harm?’
‘De TV hier.’ Zegt Henk zo duidelijk mogelijk. Dat valt niet mee, want Henk moet nodig naar de logopedist. ‘Hier, in de woonkamer.’
Harm van de technische dienst komt binnen en Henk loodst hem meteen de goede kant op.

Even later staat er een goed verzorgde, knappe dame in de woonkamer.
‘Is hier een meneer Burosi?’ vraagt ze. Even is het stil. Dan zeg ik:
‘Nee, zo één hebben we hier niet.’ Waarop Tina verwoed in haar tablet begint te rammelen en te zoeken. Dan zegt ze:
‘Op deze afdeling in elk geval niet.’
De onbekende vrouw vertrekt.
‘Wie was dat eigenlijk?’ vraagt Henny.
‘Oh, zij is van communicatie,’ zegt Tina bloedserieus.
Niemand begrijpt waarom ik opeens zo hard moet lachen.