Nieuws

Weer faillissement voor twee schepen JR Shipping

Door Jeroen Pietersma
HARLINGEN ? Met de crisis die sinds half 2011 voor een tweede maal toeslaat op de markt voor containervaart, zijn faillissementen niet langer te vermijden. Ook rederijbedrijf JR Shipping ontkomt niet aan deze harde werkelijkheid, ondanks een reeks van eerder getroffen maatregelen. Nadat de rederij in januari voor het eerst voor twee schepen faillissement moest aanvragen, is er nu opnieuw voor twee schepen geen andere uitweg. Het betreft de Elation en Elevation, middelgrote schepen die ruim 500 containers kunnen vervoeren. Investeerders met financi?le belangen in deze schepen zijn intussen ingelicht. Zij zien hun ge?nvesteerde vermogen verloren gaan.

Na een korte opleving van de economie, van eind 2010 tot mei 2011, verkeert de scheepvaartindustrie sinds de zomer van 2011 weer in een diepe crisis. Zolang de onzekerheid in de financiële markten niet afneemt, zijn de perspectieven somber. Door de eerdere crisisomstandigheden zijn de middelen om schepen te blijven ondersteunen bij veel rederijbedrijven onderhand uitgeput. Bovendien is het in specifieke gevallen maar zeer de vraag of ondersteuning nog zinvol is vanuit het perspectief van bescherming van geïnvesteerd vermogen.

Nieuwe reddingsronde niet realistisch
In januari moest rederijgroep JR Shipping voor twee schepen (Elusive en Electra) vaststellen dat dit niet langer het geval was. Vanwege noodzakelijke survey- en onderhoudskosten, was extra kapitaal nodig. Gezien de opnieuw verslechterde marktomstandigheden zag de bank hier geen mogelijkheden meer toe. Daarmee viel het doek. Voor de Elation en Elevation geldt nu eenzelfde patstelling. Voor beide schepen staan verplichte surveys en groot onderhoud op het programma en daar is geen geld meer voor. Onderhandelingen met de banken over een mogelijke financiering hebben niet tot oplossingen geleid. Gezien de magere perspectieven voor behoud van geïnvesteerd vermogen, acht JR Shipping een nieuwe reddingsronde niet realistisch, noch verantwoord.

De schepen van JR Shipping zijn gefinancierd door een scheepshypotheek te combineren met kapitaal dat door zakelijke en particuliere investeerders bijeen is gebracht in de vorm van scheepsfondsen. Op het moment dat in deze fondsen kon worden deelgenomen, floreerde de markt voor containervaart en waren de rendementsperspectieven gunstig. Uiteraard zijn investeerders gewezen op de risico’s die horen bij beleggingen, maar een financiële en economische ramp als veroorzaakt door de kredietcrisis viel door niemand te voorzien. Door de kredietcrisis zit de totale scheepvaartindustrie sinds herfst 2008 in zwaar weer. In de markt die JR Shipping bedient (container feeders), hebben de chartertarieven in korte tijd een vrije val gemaakt tot ver onder het kostprijsniveau. Een aantal concurrerende schepen heeft die eerste crisisperiode die aanhield tot eind 2010 niet overleefd.

Reeks van overbruggingsmaatregelen
Rederijgroep JR Shipping is er in die cruciale periode wel in geslaagd haar schepen ‘tegen elke prijs’ in de vaart te houden. Er is alles aan gedaan om zichtbaar en inzetbaar te blijven voor huurders. Tegelijkertijd heeft de rederij verstrekkende overbruggingsmaatregelen getroffen om acute liquiditeitsproblemen op te vangen. Eerst is in 2009 een collectief vlootfonds in het leven geroepen ter ondersteuning van de hele vloot. Vervolgens zijn in 2010 per schip ‘vervolgreddingsplannen’ op maat ontwikkeld. In beide gevallen hebben zowel de rederij als haar investeerders extra kapitaal verstrekt. Op basis daarvan zijn met de banken afspraken gemaakt over onder meer het opschorten van rente- en afbetalingsverplichtingen. Enkele banken hebben bovendien extra werkkapitaalkredieten verstrekt.

Binnen de vervolgreddingsplannen zijn voor 2010, 2011 en 2012 nieuwe exploitatie- en budgetuitgangspunten geformuleerd. Ook heeft de rederij per schip een zogeheten ‘eigen vermogen recovery ratio’ berekend, waarmee wordt uitgedrukt welk percentage van het geïnvesteerde vermogen nog zou kunnen worden terugverdiend. Die percentages waren op dat moment nog afdoende om extra kapitaalinjecties te rechtvaardigen. Eind 2010 leek het de goede kant uit te gaan. Activiteiten op de markt voor containervaart namen toe en er brak een fase van voorzichtig tariefherstel aan. In 2011 zette dit herstel versneld door. In een aantal segmenten, vooral die voor schepen met een hoge capaciteit, kwamen de chartertarieven zelfs tijdelijk boven het niveau te liggen van de uitgangspunten in de vervolgreddingsplannen. Alleen kleinere en middelgrote schepen bleven hier nog bij achter.

Tekorten aan werkkapitaal
In mei 2011 begon de markt weer te kwakkelen om na de zomer, met het escaleren van de schuldencrisis, voor een tweede keer volledig onderuit te gaan. Voor schepen waarvan in die periode de contracten afliepen, brak opnieuw een cruciale fase aan. Schepen kwamen stil te liggen en er moesten weer dramatisch slechte tarieven worden geaccepteerd. Voor een aantal schepen diende zich bovendien een nieuw probleem aan. Om te varen volgens internationale veiligheidsregels moeten schepen van tijd tot tijd kostbare survey dokkingen ondergaan, die vaak worden gecombineerd met noodzakelijk groot onderhoud aan de motoren. Uiteraard is hier in de vervolgreddingsplannen rekening mee gehouden. Had het herstel zich voortgezet, dan was er geen probleem geweest. Echter, door de nieuwe marktterugval is een aantal schepen acuut geconfronteerd met gebrek aan werkkapitaal.

In de tweede helft van 2011 heeft JR Shipping al geconstateerd dat deze problemen er aan konden komen. De rederij is met de diverse financierende banken in contact getreden om tijdig naar oplossingen te zoeken. Langzaam maar zeker werd duidelijk dat de banken niet veel speelruimte meer boden en dat dit een aantal schepen noodlottig kon worden. Als voorzorgsmaatregel heeft de rederij voor deze schepen opnieuw de eerder genoemde ‘eigen vermogen recovery ratio’ berekend. Deze lag intussen rond of onder het nulpunt. Door de slechte omzetten in 2010 en 2011, de toegenomen schuldenlast en de slechte exploitatieperspectieven is voor een aantal schepen de grens bereikt aan verdere ondersteuning. Nieuwe reddingsplannen zijn niet langer zinvol, noch verantwoord, voor zover ze überhaupt haalbaar zouden zijn, aldus JR Shipping.

Faillissementen niet langer te vermijden
Deze pijnlijke conclusie moest in januari worden getrokken voor de Elusive en Electra, middelgrote schepen met 660 containerstelplaatsen. Toen al liet de rederijgroep weten dat deze faillissementen niet op zichzelf stonden. Deze week zijn de faillissementsaanvragen ingediend voor de Elation en Elevation, eveneens middelgrote schepen met 538 containerstelplaatsen. De directie van JR Shipping heeft zich tot het uiterste ingespannen voor een passende oplossing voor de financiering van de inspecties en onderhoudsbeurten die op zeer korte termijn plaats moeten vinden. Dit heeft niet tot resultaten geleid, met als harde werkelijkheid: verlies van de schepen en van geïnvesteerd vermogen. De rederijdirectie heeft haar investeerders hier intussen over ingelicht. “De reacties getuigen van teleurstelling, maar ook van begrip voor de hopeloze situatie.” Volgens de rederij verkeren op dit moment nog enkele andere schepen in de gevarenzone.

|Doorsturen

Buienradar



Agenda