Nieuws

Zo’n verhaal van Marten Blom: Het vaccin

Het vaccin.

Het was een zonnige dag toen Jelle zijn prik kwam halen. Hij was er een beetje nerveus onder, maar hij vertrouwde er op dat alles soepel zou lopen. Dit was tenslotte de overheid. Je kon van alles beweren, maar dat stond toch nog altijd ergens voor. Jelle keek zo eens om zich heen. De hal was helder verlicht, maar toch kon je hier binnen niet zien wat voor een stralende dag het was. Er drong nergens daglicht door. Er werd hem gevraagd of hij ergens op zijn vragenformulier iets anders dan ‘nee’ had ingevuld. ‘Nee,’ zei Jelle. ‘Dan mag u in deze rij plaatsnemen’, werd er gezegd. Jelle’s zelfvertrouwen groeide toen hij ‘zijn rij’ bekeek. Daar stond, zeg maar, iedereen. Slechts één vrouw moest in de andere rij. ‘Freak’, dacht hij tevreden. ‘Gelukkig zijn wij normaal.’ En terwijl hij naar het volgende anderhalve meterding op de vloer schuifelde, knikte en glimlachte hij naar de overige wachtenden in zijn rij.

Even verderop waren allemaal hokjes met een rood licht boven de ingang. ‘Het zijn net peeshokjes!’ lachte Jelle overmoedig en ook iets te hard. Niemand lachte, niemand vertrok een spier. Jelle’s hoofd werd minstens zo rood als de lichten. Van tijd tot tijd werd er een licht groen en dan mocht de voorste in de rij zo’n hokje in om zich te laten vaccineren. ‘En niet om te pezen!’ dacht Jelle ondertussen. ‘Hoe kan je dat nou zeggen, Jelle Dijksma, hoe krijg je het voor elkaar!’ Nog steeds blozend struikelde hij een hokje met een groen licht in toen het zijn beurt was.

Vlak voordat hij binnen kwam, meende hij nog iets te horen. Iemand mompelde: ‘Is dat die grappenmaker?’

‘Pardon?’ zei Jelle, ‘zei u iets?’ ‘Nee hoor,’ zei de arts. ‘Gaat u maar zitten en stroop uw mouw maar even op.’ Jelle keek niet toen de dokter zijn prik zette. Vlak na de prik voelde hij zijn benen zwaar worden. De dokter legde hem uit dat hij even een kwartier in de wachtruimte moest gaan zitten vanwege eventuele duizeligheid na de vaccinatie. Dat was geen overbodige luxe. Jelle’s oogleden werden zwaar en binnen twee minuten was hij vast in slaap.

Hij schrok wakker omdat iemand aan zijn schouder schudde. ‘Meneer?’ zei een man in een geel hesje. ‘Wilt u wel in de rij gaan staan en uw documenten klaar houden?’ ‘Ja, natuurlijk’, zei Jelle verward, stond op en ging weer in de rij staan. Verbaasd keek hij naar de vragenlijst in zijn hand. Die had hij toch al ingeleverd? En toen begon het te dagen bij Jelle. Hij moest in slaap zijn gevallen en dit allemaal gedroomd hebben. En oh, gelukkig had hij die stomme grap over peeshokjes dan ook niet echt gemaakt. Hij lachte hardop. Te hard. Iemand in de rij achter hem siste: ‘Freak!’ en er klonk uit diverse hoeken wat gedempt gelach. Jelles rode kop was weer terug. Hij schoof weer naar voren naar het volgende anderhalve meterding. Wachtte tot het licht groen was. Liet zich prikken. Keek niet. Viel als een blok in slaap in de wachtruimte en werd wakker op een stoel aan het begin van de wachtrij.

Een man in een geel hesje schudde hem wakker. ‘Wilt u wel in de rij gaan staan...’ ‘…en uw documenten klaar houden?’ maakte Jelle de zin af. ‘Jazeker, natuurlijk!’ De man keek geïrriteerd. ‘En wilt u niet door mij heen praten?’ ‘Sorry!’ zei Jelle en zijn hoofd werd weer rood. ‘Freak!’ zei iemand in de rij. Hij schoof weer naar voren. Ging een hokje met een groen licht in. Prik. Jelle keek niet. Viel als een blok in slaap.

Werd wakker geschud. Ging in de rij. Schoof naar voren. Ging een hokje in. Prik. Jelle keek niet. Viel in slaap.

Wakker geschud. Rij. Schoof. Hokje in. Prik. En Jelle keek wél. ‘Wát?’ schreeuwde hij, ‘vijf prikken? Wat is dit?’ De arts begon te lachen. De mensen met de gele hesjes ook. Zelfs de mensen in de rij.  ‘Ja, dan moet u ook geen grappen maken over peeshokjes, meneer!’ zei de arts. En toen opeens ernstig: ‘Wij nemen ons beroep erg serieus!’ ‘Maar...’ De perplexe uitdrukking op Jelles gezicht maakte plaats voor een opgeluchte lach. ‘Oooh... dus u heeft mij voor de grap geïnjecteerd met iets onschuldigs!’ lachte hij. De arts keek onverschillig. ‘Nee, ik heb je vijf keer met AstraZeneca geprikt. Dat zal je leren, meneertje!’ Een man in een geel hesje stroopte zijn mouwen op. ‘En we gaan nog even door!’ zei die. Eén van de wachtenden kwam ook op hem af. ‘Geintjes maken, hè?’ Langzaam bewogen alle mensen in de zaal zich naar Jelle toe. ‘Neeeeeeee…!’riep hij.

Einde.

|Doorsturen

Buienradar



Agenda