Nieuws

Zo’n stukje van Marten Blom

Na de persconferentie

24 maart 2020

Opnieuw. Ik probeer te schrijven, maar ik ben eraan gewend om alleen in huis te zijn. Dus ik ben al een paar keer begonnen en ik ben al een paar keer gestopt. Laat ik nu maar gewoon doorgaan. Buiten is het stralend lenteweer. Gisteren was er een uitgebreide persconferentie op TV. Duidelijk werd dat we voorlopig blijven zitten waar we zitten. Ik zou toch zeggen dat ik daar genoeg ervaring mee heb. Ik zit al jaren in huis te schrijven en te tekenen. Je zou kunnen zeggen dat ik daardoor veel te veel tijd heb om na te denken. Wel, dat wás zo. Want nu zitten we met z’n drieën in huis. Eén werkt thuis, de ander doet zijn schoolwerk thuis en nummer drie, ik dus, probeer om mijn functie in het geheel opnieuw uit te vinden. Ik vraag me af hoe dat bij anderen is. Mensen die alleen zijn, mensen met een groot gezin. Bij de persconferentie werd gezegd dat kinderen buiten met elkaar kunnen spelen. Ze zouden minder vatbaar voor het virus zijn en ze zouden het ook minder kunnen overdragen aan anderen. Definieer ‘minder’, denk ik dan.

27 maart 2020 

Na veel discussie ben ik met zoon en zijn vriendje naar de speeltuin geweest. Kinderen tot 12 jaar moeten met elkaar buiten kunnen spelen, zegt onze minister-president. Zolang ze de onderlinge afstand van anderhalve meter maar aanhouden. Tot nu toe was ik van mening dat ik nog liever een paar maanden een bleek en wereldvreemd kind veilig bij me in huis had, dan een geïnfecteerd kind buiten. Maar als ik denk aan de wijze waarop Nederland de coronacrisis aanpakt, dan kom ik tot de conclusie dat we ons niet verschuilen, maar dat we ook niet suïcidaal zijn. We dealen ermee, wat voor commentaar we ook mogen krijgen uit andere landen. Als we het land volledig op slot zouden zetten, wat dan? Als we het als land zouden kunnen uithouden om een jaar lang alles plat te leggen, wat we overigens niet kunnen, denk je dat de grote boze wolf dan is vertrokken? Mijn eerste impuls is ook om met mijn gezin diep in onze niet-bestaande schuilkelder weg te kruipen. Wat me echter heel langzaam begint te dagen, is dat hoe langer je in je hol blijft zitten, hoe minder je opgewassen bent tegen die wolf buiten. Dat wil nog niet zeggen dat je en masse zelfmoord hoeft te plegen door schouder aan schouder door natuurgebieden en over stranden te stampen.

De afgelopen woensdagmiddag in de speeltuin was ik ervan overtuigd dat ik elk moment een hartaanval zou krijgen als ik zag dat de Heilige anderhalve meter weer geschonden werd. Ik denk dat gedurende de twee uren spelen ik elke twee minuten wel heb gebruld: ‘Afstand!’ Het toppunt was wel toen het vriendje van mijn zoon besloot om ‘zombietje’ te spelen. In andere omstandigheden hilarisch en toepasselijk, maar nu zenuwslopend als ze dichterbij elkaar kwamen en daarbij rochelende geluiden uitstootten. Nee, ideaal was het niet en ik kwam gesloopt thuis. Het was een vuurdoop. Voor mij en mijn joch. Het is weer helemaal zoals het was toen hij heel klein was. Ik kan hem alleen maar loslaten als hij laat zien dat hij ermee kan omgaan. En net zoals het toen niet nodig was om hem bloederige foto’s te laten zien van verkeersongelukken om hem te leren de straat over te steken, zo is het ook niet nodig om hem volledig te laten bevatten wat er nu over de wereld raast om hem te leren afstand te houden. Vandaag gaat mijn vrouw met hem naar de speeltuin. Ben benieuwd hoe zij het gaat vinden.

|Doorsturen

Buienradar



Agenda